Duurzame wijk Tivoli GreenCity: het recept voor succes

26 november 2019 door
BECI Community

[Coproductie] Waarom hebben we een duurzame wijk ontworpen? Wat is dat eigenlijk, een duurzame wijk? Hoe stamp je die uit de grond? In dit artikel proberen we al die vragen te beantwoorden.

Duurzame wijk Tivoli GreenCity is een gemengd vastgoedproject met productieactiviteiten[1], commerciële ruimten[2], voorzieningen[3] en woningen[4]. Het ligt in Laken, vlak bij een van de meest volkse wijken van Brussel, het kanaal en het magazijnencomplex TIR (Transport International Routier) Logistics Centre.

 

Waarom hebben we een duurzame wijk ontwikkeld?

citydev.brussels is zich bewust van de milieu-uitdagingen en de impact van gebouwen op de broeikasgasuitstoot[5]. Het lag dan ook voor de hand dat deze toekomstige wijk een antwoord moest bieden op de maatschappelijke en milieu-uitdagingen, en dat in een gepast economisch evenwicht. Dat zijn namelijk de drie pijlers van duurzame ontwikkeling.

Zo werd op een site van 4,5 ha deze wijk uitgedacht, die zowel functioneel als qua type woningen gemengd is. Om in te spelen op de diverse woonbehoeften, omvat het project zowel middelgrote koopwoningen en sociale huurwoningen als een groepswoning en een Community Land Trust-project. Een groots programma in het hartje van de stad.

 

Wat is dat eigenlijk, een duurzame wijk?

Op Europees niveau heeft het Akkoord van Bristol van 2005 het algemene referentiekader vastgelegd[6]. Duurzame wijken zijn functioneel gemengde plaatsen waar mensen willen wonen en werken, en waar zich een buurtgevoel ontwikkelt. Ze voldoen aan de behoeften van bewoners en houden rekening met het leefmilieu.

Het behoud en de bescherming van de omgeving is de ruggengraat van het concept. In de praktijk betekent dat gebouwen met een laag energieverbruik, waarbij hernieuwbare energie, efficiënt waterbeheer, maximale recyclage van afval en het gebruik van materialen of bouwmethoden met een kleine ecologische voetafdruk worden bevorderd. Ook de trajecten worden geoptimaliseerd en de nadruk wordt gelegd op de zachte transportmodi, het openbaar vervoer en de beperking van het gebruik van de eigen wagen in dichtbebouwde stadsgebieden, die sociaal en functioneel gemengd zijn.

De duurzame wijk moet er ook voor iedereen zijn. De woningen moeten betaalbaar zijn en sociale, etnische en generatiediversiteit bevorderen. Zonder de betrokkenheid van de bewoners zou het concept maar een lege huls zijn. Het is daarom belangrijk dat de wijk samen met de huidige bewoners en de toekomstige gebruikers wordt ontwikkeld.

De wijk Tivoli GreenCity beantwoordt aan al die doelstellingen.

 

Hoe stamp je zo’n wijk uit de grond?

citydev.brussels is een overheidsinstelling en werkt dus volgens de procedures van overheidsopdrachten. In dit geval werd gekozen voor een promotieopdracht van werken voor het residentiële luik en voor een dienstenopdracht voor de opvolging van de werken voor het economische luik.

We kozen de offerte die het best voldeed aan onze zeer ambitieuze vereisten voor een duurzame wijk. Die keuze maakten we op basis van twee criteria met hetzelfde gewicht: het economische criterium en het kwaliteitscriterium. Het kwaliteitscriterium omvat de duurzaamheid en de stedenbouwkundige en architecturale kwaliteit.

Tot slot is het plein dat werd aangelegd rond twee opmerkelijke Oosterse platanen en een mooie esdoorn, de centrale ruimte van de wijk geworden. Dit is veel meer dan een plein, een ontspanningsruimte en een ontmoetingsplek, want de ruimte vertaalt op zich al de filosofie van de duurzame wijk: aanwezigheid van water, driedimensionaal groen, gemoedelijkheid, ontmoetingen, multifunctionaliteit, zicht op de binnentuinen …

 

 

 

 

[1] 5.500 m² productieateliers en 2.800 m² incubator voor bedrijven gespecialiseerd in milieutechnologieën, en in het bijzonder in ecologisch bouwen

[2] 772 m² commerciële ruimten voor buurtdiensten

[3] Het project telt twee gemeentelijke crèches met elk 62 plaatsen en een voorziening voor de dienst Netheid van de Stad Brussel.

[4] Het project omvat 271 geconventioneerde koopwoningen die bestemd zijn voor de middenklasse en 126 sociale huurwoningen.

[5] In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest komt 60 % van de rechtstreekse CO2-uitstoot van de verwarming van gebouwen en 30 % van het transport (bron: Leefmilieu Brussel).

[6] Bron: http://www.eti-construction.fr/definition-d%E2%80%99un-quartier-durable/

BECI Community 26 november 2019
Deel deze post
Archiveren