De digitalisering en technologisering zullen ons werk en onze sociale relaties ingrijpend veranderen. Verkennende studies wijzen op onrustwekkende cijfers: Frey en Osborne schatten dat 54% van de huidige banen in Europa tegen 2030 waarschijnlijk geautomatiseerd zullen zijn. Bij de overige banen zou de helft van de taken veranderen. De schatting van het McKinsey-dossier “Jobs lost, jobs gained” is voorzichtiger: tussen 0 en 30% van de jobs is tegen 2030 geautomatiseerd. Het verschil tussen deze studies bewijst dat de omvang van de technologisering zich niet nauwkeurig laat voorspellen. Onze taak bestaat er nu in ervoor te zorgen dat deze veranderingen sociaal en economisch in ons voordeel uitdraaien.
1. Opleiding en management nieuw uitdenken om het werk zin te geven: De digitalisering van taken en de automatisering van banen is alleen mogelijk als de bevolking er een opleiding in heeft genoten. Agoria publiceerde een relevant dossier: 310.000 mensen zullen in de toekomst van sector moeten veranderen; 4,6 miljoen werknemers zullen een bijscholing van maximaal 18 maanden moeten volgen. Een deel van de bevolking zal echter waarschijnlijk niet intensief willen worden opgeleid in technologische vaardigheden die nog niet bestaan. Vooral omdat het aantal gevallen van burn-out, stress en angst exponentieel toeneemt en de digitale hegemonie de neiging heeft om deze fenomenen te versterken. Het is daarom van essentieel belang om de opleidingen zodanig nieuw te ontwerpen dat deze zin en voldoening geven op het werk.
2. Technologie ten dienste van (echte) vooruitgang: De omvang van de gevolgen van de digitalisering hangt af van het soort innovatie, maar ook van de rol die hieraan wordt toegekend. Vandaag bezitten en beheren een paar monopolistische bedrijven het gros van de gegevens en genereren daarmee enorme hoeveelheden kapitaal. Ze dragen echter niet veel bij aan het algemeen belang, met hun zware ecologische voetafdruk, de onbenullige of onbestaande belastingen die ze betalen, het misbruik van persoonlijke informatie, hun inmenging in het privéleven en diverse manipulaties. Als we duurzame bedrijfsmodellen willen, moet de technologie ten dienste worden gesteld van de vooruitgang. Van echte vooruitgang. Het gaat om nieuwe banen die op het juiste moment komen en mogelijk worden gemaakt door de digitalisering.
3. Nieuwe technologieën en maatschappelijke aanvaarding: Wanneer technologie ten dienste staat van gemeenschappelijke vooruitgang, wordt ze maatschappelijk gemakkelijker aanvaard. Een gebrek aan vertrouwen en een gevoel van uitsluiting kunnen verstrekkende democratische en maatschappelijke gevolgen hebben, waaronder de opkomst van het populisme. Het is daarom belangrijk om het vertrouwen te herstellen tussen de burgers en de heersende elite, die steeds verder uit elkaar lijken te drijven. Een manier om dit vertrouwen terug te winnen is burgerparticipatie. Technologische middelen en digitale platforms zijn uitzonderlijke instrumenten die de toepassing van inclusieve praktijken mogelijk maken.
4. De intelligentie van de systeemrelevante verbanden: Hoe afhankelijk we worden van digitale technologie berust ook op andere factoren: de context en het concurrentievermogen op een gebied waarop we achterhaald zijn door andere continenten, met name Azië; het juridische kader en bindende Europese, nationale of regionale wetten; de verontrustende vergrijzing van de bevolking, met name in termen van uitgaven; en tot slot leidt de toegenomen technologische afhankelijkheid tot een exponentiële toename van het risico op stroomuitval, hacking en bugs. Het is daarom erg belangrijk het verband te begrijpen tussen de factoren die van invloed zijn op onze economie. Gegevens en technologie moeten slim worden ingezet als we de sociale ongelijkheden niet willen vergroten, onze persoonlijke gegevens niet willen laten misbruiken of het risico willen lopen op een schadelijke afhankelijkheid. Dit is een historische kans om nieuwe en waarderende banen te scheppen, om het vertrouwen en de maatschappelijke acceptatie te herstellen, om een katalysator te zijn voor verandering en een overgang naar een welvarende en milieuvriendelijke samenleving.
Meer info