In de technologiesector wordt er weer meer gewerkt. Terwijl de gemiddelde activiteitsgraad begin april nog 52,8 procent bedroeg, is die ondertussen flink gestegen naar 75 procent. Eén op vijf mensen is tijdelijk werkloos. Dat meldt Agoria. Volgens Marc Lambotte, CEO van Agoria, is hiermee een belangrijke stap gezet: “Werken is de basis van onze welvaart. Op een veilige manier weer aan de slag gaan, is dus goed voor ons allemaal.”
De bevraging verliep telefonisch tussen 5 en 8 mei bij een representatieve steekproef van 335 technologiebedrijven met samen zo’n 92.000 werknemers. Deze bedrijven vertegenwoordigen samen 30 procent van de werkgelegenheid en omzet in de technologische sector in België. Agoria zal de bevraging begin juni hernemen.
75 % van de technologiebedrijven werkt
De heropstart op 4 mei van de bedrijven die behoren tot de niet-cruciale bedrijfssectoren en niet-essentiële diensten, zorgt voor een forse stijging van het activiteitsniveau in vergelijking met een maand eerder.
- Voor de technologische industrie in het totaal bedraagt het activiteitsniveau nu 75 %, in vergelijking met 56 % begin april en 50 % in de 2de helft van maart.
- In de ICT-sector benadert het activiteitsniveau de 90 % na in de vorige maand tot 75 % te zijn teruggevallen. Telewerk heeft er een zeer groot aandeel.
- Bij de industriële activiteiten is de herneming het meest uitgesproken in de automobielsector waar de activiteit nu op ongeveer 67 % ligt tegen nauwelijks 7 % begin april. Volvo Cars is 100 % opgestart. DAF, Audi, Van Hool, Volvo Group … bouwen de productie meer geleidelijk op.
- Ook de bouwtechnologiebedrijven hebben hun activiteit sterk opgedreven tot 72 %.
- De heropstart verloopt meer geleidelijk bij de bedrijven actief in producten, technieken en diensten voor de installatie, het onderhoud en de exploitatie van gebouwen, infrastructuur en industrie. Dit als gevolg van de restricties op toegang tot sites en werven, beschikbaarheid van werknemers en uitstel van niet-essentieel onderhoud bij klanten.
- In de sector lucht- en ruimtevaart is de herneming minder uitgesproken en blijft het activiteitsniveau op 40 % steken. Daar spelen ook structurele zaken.
In de loop van deze week zal het activiteitsniveau ongetwijfeld nog met enkele percentages stijgen. Veel bedrijven waren vorige week voorbereidingen hiervoor aan het treffen. Toch ziet het er niet naar uit dat we op korte termijn naar een niveau van meer dan 90% zullen gaan (zie verder).
De voornaamste factoren die het activiteitsniveau beperken:
- 72 % vermeldt onvoldoende vraag i.p.v. 67 % in april.
- Respecteren van social distancing blijft op de activiteit wegen maar iets minder: 35 % i.p.v. 39 %.
- De bevoorrading van grondstoffen en onderdelen verbetert van 40 % naar 33 % maar blijft dus een issue. Een meer Europees gecoördineerde relance zou dit kunnen verhelpen.
- Beschikbaarheid van werknemers is sterk verbeterd: die beperking daalt van 38 % naar 23 %.
- Beschikbaarheid van beschermmiddelen speelt 20 % van de bedrijven parten.
Meer activiteit, maar geen volledig herstel in 2020
Het huidig activiteitsniveau is in mei sterk gestegen maar blijft toch ver onder het normale en onder het niveau dat noodzakelijk is voor een duurzame situatie. In de bevraging werd ook naar de vooruitzichten voor het 2de semester gevraagd. Globaal zien de ondernemers in de technologische industrie de activiteit progressief toenemen tot 86 % in het derde kwartaal (juli – september) en 90 % in het vierde kwartaal (oktober – december). Een volledig herstel in alle deelsectoren zit er tegen eind 2020 nog niet in:
- Telecom en ICT zien een bijna compleet herstel van de activiteit in het tweede semester. E-health -bedrijven blijven het wel zeer moeilijk hebben omdat de financiering van de normale gezondheidsactiviteiten door de coronacrisis zeer sterk onder druk komt.
- Ook bouwtechnologiebedrijven zien een snel herstel en een verdere doorbraak van innovatieve technologie. Ook de EU-commissie verwacht dat na een sterke daling van de investeringen in de bouw in 2020 er een volledig herstel komt in 2021.
- Industriële activiteiten van de technologische industrie die ook voor de coronacrisis al voor uitdagingen stonden, zoals de automobiel en luchtvaart, zien een trager herstel en een lager activiteitsniveau.
Dat de activiteit zich al in het tweede semester niet volledig herstelt, wijten de ondernemers in de technologische industrie in eerste instantie aan een ongunstige evolutie van de vraag op de markten (66 %). Daarnaast verwacht men dat het coronavirus ook in het tweede semester leidt tot een moeilijke toegang tot klanten en verstoorde commerciële relaties zowel in binnen- als buitenland. Ook de beschikbaarheid van medewerkers en de flexibiliteit ervan blijft volgens 30 % moeilijk.
7,3 % van de mensen zijn afwezig
Absenteïsme is gedaald van 9,6 % naar 7,3 %. Dit komt mede door een daling van het aantal afwezigheden wegens ziekte van 7 % naar 6 %.
Tijdelijke werkloosheid zakt naar 19%, maar blijft belangrijke ondersteuning
De stijging van het activiteitsniveau zorgt voor een sterke daling van het aantal mensen in tijdelijke werkloosheid. Dat zakt naar 19 %. Gezien we evenwel ver van de 100 % zitten, blijft tijdelijke werkloosheid een belangrijk ondersteuningsmaatregel voor het opvangen van de financiële en sociale gevolgen van de coronacrisis.
Slechts 1 bedrijf op 10 wil vaste contracten stoppen
Indien de Corona-crisis te lang zou aanslepen, dreigen bedrijven verplicht te worden om hun personeelsbestand in te krimpen. Tot nu toe overweegt slechts een kleine minderheid (9 %) om vaste medewerkers op te zeggen. Naast het vooruitzicht op een verdere heropstart, speelt ook de mogelijkheid van tijdelijke werkloosheid hierbij een rol. De ondernemingen in de technologische industrie voelen zich dan ook goed ondersteund op dat vlak. 97 % vindt de flexibiliteitsmaatregelen om de crisis op te vangen voldoende.
Social distancing: slechts 13% van de bedrijven vindt geen oplossing
Een heropstart kan enkel mits de regels inzake veiligheid worden nageleefd. De onduidelijkheid die hierover in april nog bestond, is bijna volledig weggevallen. 94 % van de bedrijven zegt voldoende op de hoogte te zijn van de verplichtingen. Ook de toepasbaarheid is verbeterd. Daar waar in de vorige bevraging nog 42 % antwoordde geen oplossing op korte termijn te kunnen vinden, is dit percentage nu gezakt tot 13 %. Bedrijven die hier momenteel wel nog moeilijkheden mee hebben, zijn vaak dienstenbedrijven die uitgebreid een beroep doen op telewerk en die de terugkeer naar de klassieke kantooromgeving nog niet hebben afgerond.
De werkzaamheden voor het opstellen van een generieke gids en een sectorvertaling hiervan hebben dus alvast resultaat gehad.
4 op de 10 bedrijven vreest financiële problemen
De Coronacrisis zet de financiën van de technologiebedrijven onder druk. Dat veel technologiebedrijven deels hebben kunnen doorwerken en dat de regels inzake social distancing werden verbeterd, zorgt ervoor dat de liquiditeitspositie minder dramatisch is dan in sommige sectoren die verplicht werden te sluiten. 14 % van de techbedrijven zegt evenwel nu al acute financiële moeilijkheden te hebben. Dat percentage is sinds de bevraging van april niet gestegen omdat de activiteiten terug op gang komen en er ook opnieuw de cash binnenkomt. Ook de financiële en fiscale maatregelen van de regering dragen daartoe bij, evenals uiteraard de tijdelijke werkloosheid wegens overmacht.
37% van de techbedrijven voorziet evenwel financiële problemen in de toekomst. Dit houdt verband met het vooruitzicht van een lagere periode van geringe activiteit. Over het algemeen wordt niet verwacht dat tegen het eind van het jaar de activiteit opnieuw op kruissnelheid zal zijn maar wel enkel op 90% van normaal. Vooral grotere bedrijven verwachten financiële moeilijkheden in de tweede helft van dit jaar. Zij stellen ongeveer 50.000 werknemers tewerk.
Het beroep op de financiële en fiscale steunmaatregelen neemt duidelijk toe. Wel valt op dat het Bankenplan maar traag van de grond komt en zeker het luik overbruggingskredieten. Enkel 7,5 % van de ondervraagden maakt hier momenteel gebruik van, tegen 3,6 % in april.
Helft bedrijven ziet negatieve impact op investeringen, slechts 5% voorziet nieuwe investeringen
De economische en financiële onzekerheid die de coronacrisis met zich mee brengt, zorgt voor een impact op investeringen. De Europese Commissie gaat bijvoorbeeld uit van een daling van de investeringen in België met 15 % in 2020. 46 % van de technologiebedrijven stelt dat de coronacrisis een negatieve impact heeft op zijn investeringsprojecten. Bij de grote bedrijven stijgt dit tot 51 %. De telecom-sector is daarbij een grote uitzondering. Daar wordt geen negatieve impact voorzien en gaan sommige bedrijven zelfs uit van een stijging.
De negatieve impact vertaalt zich tot nu toe voornamelijk in uitstel van investeringsprojecten. Bijkomende investeringen worden slecht in 5 % van de gevallen gepland.
Weinig impact op onderzoeks- en innovatieactiviteiten
In tegenstelling tot de investeringen heeft de coronacrisis tot nu toe weinig impact op de innovatie- en onderzoeksactiviteiten. Twee derde van de techbedrijven schat de impact neutraal in, 20 % negatief. Daar staat tegenover dat 13% van een positieve impact uitgaat. Bij de kleinere bedrijven en de digitale bedrijven verwacht 1 op 5 bijkomende innovatieprojecten.