2017 was een recordjaar voor faillissementen, met meer dan 10.800 ondernemingen die in België over de kop gingen. Vooral het Brussels Hoofdstedelijk Gewest scoorde barslecht, met 2.780 faillissementen, 34% meer dan het jaar voordien. Olivier Kahn, de coördinator van het Centrum voor Ondernemingen in moeilijkheden (COm) schetst voor ons het profiel van deze gefailleerde ondernemers.
Wat ondernemers in moeilijkheden kenmerkt? In België bestaan op dit gebied geen duidelijke stereotypen! “Alle sectoren zijn getroffen en eender wie kan in zijn loopbaan als ondernemer moeilijkheden ondergaan”, stelt Olivier Kahn.
Ondernemers (en ondernemingen) in moeilijkheden zijn ook niet talrijker in een of andere leeftijdsklasse. Sommigen gaan failliet na jarenlang te hebben gevochten voor hun overleving, omdat de concurrentie meedogenloos bleek. Of omdat ze de digitale stap niet hebben durven zetten. Of nog omdat ze geen antwoord meer boden voor de nieuwe verwachtingen van de klant. “We stellen inderdaad vast dat veel oudere bedrijven (10 jaar en meer) een beroep doen op de diensten van het COm”, vertelt Olivier Kahn. “Vaak is hun activiteit vandaag voorbijgestreefd. Vandaar het belang om regelmatig de business in vraag te stellen en een nieuwe wending te geven aan de onderneming.” Maar we zien ook heel wat pas opgerichte ondernemingen die er al meteen de brui aan geven. “Veel starters berusten op een zwak businessmodel: de inkomsten zijn utopisch en de praktische uitvoering van de goede idee blijkt ingewikkeld te zijn”, betreurt hij.
Een diepgaande kennis van het beroep is natuurlijk van doorslaggevend belang, maar een diploma beschermt nooit tegen crisissen. Het COm helpt ondernemers met zeer uiteenlopende opleidingsniveaus. Sommige profielen zijn bijzonder gespecialiseerd, maar ook verticaal. De moeilijkheden beginnen door een gebrek aan goede reacties buiten deze specifieke competenties. “In onze samenleving die constant evolueert, is een permanente en transverse vorming vandaag een noodzaak”, aldus nog Olivier Kahn.
Faillissementen in alle sectoren
De afgelopen maanden had het COm veel te maken met detailhandelaars. “De koopgedragingen zijn volop aan het veranderen en de handelaars weten nog niet hoe ze hun activiteiten moeten positioneren tegenover deze verschuivingen”, verklaart Olivier Kahn. De aanpassing van ‘grote merken’ aan de lokale behoeften en verplichtingen kan ook een zware impact hebben op de activiteiten van kleine handelszaken (verhuizing naar de stadskern, kosteloze leveringen enz.), die bovendien onder de mobiliteitsproblemen in het Brusselse Gewest gebukt gaan.
Behalve (vaak dodelijke) kortingen, nemen de handelaars weinig maatregelen. Ze lanceren wel enkele nieuwe ideeën, maar aan een diepgaande hervorming van hun commercieel en economisch model beginnen ze maar al te zelden.
Ook dienstverlenende ondernemingen ondergaan moeilijkheden, grotendeels door de digitalisering die de concurrentie direct of indirect aanscherpt. “En wat e-commerce betreft, is het vandaag nutteloos om er zich tegen te verzetten: er mee leren leven is de boodschap”, adviseert de coördinator van het COm.
Bij de vrije beroepen constateren we nu sinds enige tijd eveneens een aantal spanningen. Een van de betrokken beroepen zijn de advocaten: “Ze zijn heel talrijk in het Brusselse Gewest en de concurrentie woedt daarom genadeloos. De opkomst van websites voor juridische bijstand zal natuurlijk niet bijdragen tot een verbetering van deze situatie.”