Exporteren houdt een onderneming gezond: de omzet stijgt, de groei zwelt aan, medewerkers zijn meer gemotiveerd, de concurrentiedruk daalt. Maar markten buiten Europa proberen te veroveren houdt natuurlijk ook risico’s in, meer dan wanneer u op uw thuismarkt blijft. Welke valkuilen moet u vermijden? En hoe dekt u zich in?
1. Het landenrisico is het eerste gevaar waar een exporteur spontaan aan denkt. En terecht, want tegenwoordig lijken de internationale relaties minder stabiel dan een tijd geleden. Als Belgisch bedrijf kunt u te maken krijgen met politieke ontwikkelingen in het land van uw klant die het goede verloop van uw commerciële transacties ernstig in het gedrang brengen. Denk aan sociale onrust, conflicten, handelsoorlogen, onteigeningen, de invoering van een protectionistisch beleid, een embargo … De lijst is lang. Exporteren wordt veiliger door te diversifiëren, maar let op voor een te grote versnippering van uw inspanningen. Kies vooral uiterst zorgvuldig uw exportland(en). Landenratings, bijvoorbeeld die van Credendo, zijn daarvoor nuttig: ze evalueren permanent de politieke en commerciële risico’s van exportlanden1.
2. Het opzeggingsrisico. Een Belgisch bedrijf dat een leveringscontract heeft gesloten, kan nog vóór het één product of dienst heeft geleverd, geconfronteerd worden met de annulering van het contract door de klant. Misschien kan of wil die niet betalen, doen er zich politieke feiten voor (oorlog, politieke evenementen), komt de financiële gezondheid van de klant in het gedrang of is hij gewoon van slechte wil. Dit risico is te verzekeren (sterk aanbevolen!) om vergoed te worden voor alle uitgaven tijdens de uitvoering van het contract.
3. Het risico op wanbetaling jaagt bedrijven het meeste schrik aan: een oneerlijke klant komt zijn verplichtingen niet na op de vervaldag die in het contract is bepaald, terwijl u toch stipt de goederen of diensten hebt geleverd die waren overeengekomen. Ook hier kan de oorzaak politiek van aard zijn (oorlog, deviezentekort, natuurramp, …) of commercieel (faillissement, financiële moeilijkheden, geschil, …). Een exporteur die een kredietverzekering heeft gesloten, kan vergoed worden voor openstaande schuldvorderingen. Deze verzekering past zich flexibel aan verschillende transactiestructuren aan en geldt zowel bij contante betaling als in combinatie met een bankfinanciering.
4. De lokale cultuur. Think global, act local: als exporteur moet u steeds op de hoogte zijn van de internationale reglementeringen en procedures. U dient die ook toe te passen in elk lokaal filiaal van uw bedrijf en de lokale reglementeringen en procedures komen daar nog eens bovenop. Andere mogelijke obstakels zijn de taal, symbolen of gewoonten. Wie deze risico’s slecht inschat, verwaarloost of er niet op anticipeert, loopt het risico op misverstanden of een negatieve impact op de commerciële relaties. Handelsagenten en internationale partners kunnen helpen om contacten te leggen met buitenlandse klanten en commerciële relaties aan te knopen. Het Brussels Gewest beschikt bijvoorbeeld over economische adviseurs in alle windstreken, die met hun ervaring het verschil kunnen maken. Een andere oplossing bestaat erin om via lokale partners te werken.
5. Ethische en klimaatrisico’s. Het is belangrijk om rekening te houden met nieuwe milieureglementeringen en nieuwe sociale eisen. Investeerders, klanten en de hele samenleving vragen dat bedrijven transparanter en oplettender zouden zijn. De druk die zij uitoefenen, beïnvloedt rechtstreeks de evaluaties van banken en verzekeraars van de economische impact van de bedrijven op deze domeinen.