[genodigde artikel]
Op 26 januari jl. sloten de sociale partners in de Nationale Arbeidsraad de collectieve arbeidsovereenkomst (cao) nr. 149 betreffende aanbevolen of verplicht telewerk naar aanleiding van de coronaviruscrisis. Deze cao ging gepaard met advies nr. 2195, dat op dezelfde dag werd uitgebracht.
Een aanvullende en tijdelijke collectieve arbeidsovereenkomst
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van aanvullende aard en is niet van toepassing op overeenkomsten (cao’s, individuele overeenkomsten, beleidsmaatregelen) die vóór 1 januari 2021 al bestonden. Cao 149 wordt gesloten voor een bepaalde duur en vervalt op 31 december 2021. Ook al zou zij slechts in de tijd beperkte gevolgen hebben, dan nog ligt het belang van deze cao in haar goedkeuring, die geldt als een inhoudelijke evaluatie van de bestaande regelingen inzake zowel structureel als incidenteel telewerk.
Een veelbelovend initiatief
Als we cao 149 zorgvuldig doornemen, stellen we vast dat de sociale partners inzicht beginnen te krijgen in de uitdagingen van een gedigitaliseerde arbeidsverhouding. De gezondheid en veiligheid van telewerkers nemen een centrale plaats in. Een hoofdstuk is trouwens gewijd aan het ‘beleid inzake welzijn op het werk, specifiek in het raam van telewerk’. Een dergelijke wens had ik al in mijn boek geuit.
De sociale partners hechten veel belang aan het sociale overleg, maar ze dringen erop aan dat individuele overeenkomsten of beleidsmaatregelen aangaande telewerk flexibeler moeten worden opgevat en uitdrukkelijk aan de werkkrachten moeten worden meegedeeld.
De cao bespreekt vraagstukken in verband met de arbeidsduur, de levering van uitrusting, de betaling van de kosten, de controle van telewerkers en gegevensbescherming. De antwoorden hierop beperken zich echter tot aanbevelingen of verwijzingen naar wettelijke bepalingen over deze aangelegenheden.
Wij stellen voor dat de sociale partners in de toekomst een hoofdstuk wijden aan de begeleiding van medewerkers en managers, naar het voorbeeld van hun Franse collega’s. (2)
Het recht op verbreking van de aansluiting en de uitdagingen van gedigitaliseerde arbeidsverhoudingen
De sociale partners hebben het recht op verbreking van de aansluiting nog niet behandeld, maar ze zullen er zich waarschijnlijk over buigen. Cao 149 verwijst naar de artikelen 15 tot en met 17 van de wet van 26 maart 2018 betreffende de versterking van de economische groei en de sociale samenhang, die betrekking hebben op dit recht op verbreking van de aansluiting. Er wordt ook verwezen naar de Europese kaderovereenkomst van 23 juni 2020, die de Europese sociale partners hebben bereikt over digitalisering. Deze raamovereenkomst, die binnen drie jaar na ondertekening in Belgisch recht moet zijn omgezet, wil werkgevers, werknemers en hun vertegenwoordigers bewust maken van – en meer inzicht geven in – de kansen en uitdagingen die gepaard gaan met de digitale transformatie van de arbeidsverhouding. Een hoofdstuk is trouwens gewijd aan aansluiting en loskoppeling. Ook gaat de aandacht naar de invoering van artificiële intelligentie in de arbeidsverhouding, door het beginsel van menselijke controle te verankeren. In de komende maanden gaan we ongetwijfeld boeiende debatten tegemoet.
(1) Frédéric Robert, advocaat bij de Balie van Brussel, schreef het boek “Le télétravail à domicile. L’après-COVID ou le retour à ‘l’anormal’”, verschenen bij Anthemis, 2020, 292 p.
(2) Zie het nationaal Interprofessioneel Akkoord (IPA) van 24 november 2020 voor een vlotte toepassing van telewerken
Over de auteur
Frédéric Robert, advocaat bij de Franstalige balie van Brussel.